Ga naar hoofdinhoud

Torenhoge huurindexering. Hoe hiermee om te gaan?

We leven in een tijd waarin alles duurder wordt. De inflatie is torenhoog. Voor huurders van bedrijfsruimten heeft dit een ongewenst, en wellicht ook onverwacht, neveneffect. De huurindexering is ook torenhoog.

CPI-index

Veel verhuurders en huurders hebben een huurovereenkomst gesloten op basis van een standaard ROZ-model. In deze overeenkomsten staat op welke wijze de huurprijs jaarlijks wordt geïndexeerd. Er wordt gerekend met de Consumentenprijs (CPI)-index. Deze index geeft aan hoe de prijzen van goederen en diensten in een jaar ontwikkelen. Sinds de eeuwwisseling schommelt de index rond de 2%. In september 2022 bedraagt de index ineens 14,5%. Dit heeft tot gevolg dat huurder ineens met een huurindexering van meer dan 10% te maken krijgen.

Hoe hier mee om te gaan?

De huurovereenkomst op basis van het ROZ-model en de hierbij behorende algemene bepalingen bieden geen uitkomst. In de algemene bepalingen is alleen bepaald dat wanneer een indexering op basis van de CPI-index tot een lagere huurprijs zou leiden de huurprijs op het oude niveau blijft. Voor een onvoorziene hoge indexering is geen bepaling opgenomen.

Huurders die mij met dit vraagstuk hebben benaderd de afgelopen periode geven allemaal hetzelfde aan. Zij zijn wel bereid om een huurindexering te bepalen die hoger is dan zij gewend zijn, maar een indexering van 10% -15% is teveel van het goede. Vaak is dit simpelweg niet op te brengen. Wanneer met dit uitgangspunt het overleg met de verhuurder wordt aangegaan, wordt in veel gevallen een praktische en voor alle partijen bevredigende oplossing gevonden. Het is dan ook van belang om altijd in gesprek te blijven met de verhuurder. Een argument dat tijdens dit overleg kan worden gebruikt is de oproep die door diverse organisaties en instanties wordt gedaan om te rekenen met het kerninflatiecijfer. Bij dit cijfer worden onder meer energie en voedingsmiddelen buiten beschouwing gelaten. Het kerninflatiecijfer van september 2022 is bijvoorbeeld 5,7%.

Mocht overleg niet tot overstemming leiden dan kan altijd de gang naar de rechtbank worden gemaakt. Op dit moment is er nog geen uitspraak gepubliceerd over deze aangelegenheid, maar dat zal in de (nabije) toekomst ongetwijfeld anders worden. Een huurder kan tijdens een procedure betogen dat de torenhoge inflatie een onvoorziene omstandigheid is of dat de indexering naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid tot een onaanvaardbaar resultaat leidt. De komende periode zal uitwijzen hoe rechters over deze kwestie denken.

Vragen?

Mocht u als verhuurder of huurder met deze kwestie worden geconfronteerd en vraagt u zich af hoe hiermee om te gaan, dan kunt u contact opnemen met Wim Vos, advocaat Huurrecht en Burenrecht. Wim beoordeelt graag uw juridische positie en onderzoekt de mogelijkheden om tot een bevredigende uitkomst te komen.

Back To Top